In 2000 werd 18 december uitgeroepen tot International Migrants Day. Precies tien jaar daarvoor werd de ‘international convention on the protection of the rights of all migrant workers and members of their families’ gehouden door de Verenigde Naties (VN). Sindsdien vraagt de VN op 18 december aandacht voor de vele migranten die elk jaar op de vlucht moeten door bijvoorbeeld conflict, ziekte, klimaatverandering. Op 12 januari maken we hierover een programma, namelijk: (T)huis in Amsterdam. We gaan hier onder andere in op de vraag wat de feiten en ficties zijn in de beeldvorming van huisvesting voor nieuwkomers. In dit artikel tonen we vast een eerste blik op het thema: waar komt de negatieve beeldvorming van nieuwkomers vandaan? Wat zijn de feiten en ficties rond huisvesting van nieuwkomers?

Man-bijt-hond principe

Als een hond een man bijt is dit in principe geen nieuws, maar als een man een hond bijt is dat wel heel uitzonderlijk. Journalisten berichten vaak over de uitzondering op de regel en nemen dit vervolgens snel van elkaar over. Dus toen Wilders in 2015 zijn platform gebruikte om te verspreiden dat we te maken hadden met een “islamitische volkshuisvesting” en “dronken asielzoekers vallen regelmatig onze jonge kinderen lastig”, zagen we dit breed uitgemeten in de media verschijnen. Het resultaat is dat dit een onderwerp van gesprek werd in de media en alle aandacht kreeg. We zagen veel minder vaak hoe vele vrijwilligers zich inzetten voor de opvang van Syrische nieuwkomers die rustig een leven probeerde op te bouwen in Nederland. Dit is één van de redenen hoe er een negatief beeld gecreëerd wordt van nieuwkomers die de rust verstoren en een bedreiging vormen op de arbeids- en woningmarkt. Op het moment liggen vooral woningen erg gevoelig, wat ingewikkeld ligt door de krapte op de woningmarkt.

Huizen inpikken

Toen in Utrecht afgelopen zomer een voorrangsregeling werd getroffen op sociale huurwoningen voor statushouders, ontstond er een hoop protest en de media stond er bol van. Echter was de gemeente Utrecht bezig met een enorme inhaalslag, door de opgelopen achterstand van het huisvesten van nieuwkomers. Dit sluit aan op een populaire migratiemythe die door populistische politici wordt verspreid; alle sociale woningen zouden naar de statushouder gaan, waardoor er geen huizen zijn voor de door hen cultureel bepaalde ‘gewone’ Nederlander. Volgens Cody Hochstenbach is dit doelbewust politiek beleid: “Door doelbewust verdeeldheid te zaaien, hopen politici de aandacht af te leiden van het feit dat overheidsbeleid actief heeft bijgedragen aan het tekort aan betaalbare woningen”. In feite ging de afgelopen jaren slechts 4 tot 11% van de sociale huurwoningen naar statushouders. Dit zijn voornamelijk woningen buiten de grote steden en in de steden wordt hen in Amsterdam steeds vaker flex- en tijdelijke woningen toebedeeld.

Samenwonen

Woongemeenschappen van studenten, starters en statushouders zijn hier een voorbeeld van. Dit zijn projecten bedoeld om het integratieproces te versnellen. Bij het ene initiatief lukt dit beter dan bij het andere. Riekerhaven is op het gebied van veiligheid veel in het nieuws geweest het afgelopen jaar. Met de storm Eunice die een deel van de daken eraf blies, tot de brand die afgelopen november 75 woningen verwoeste. Ook bij Stek Oost is er veel oproer rondom de sociale veiligheid. Door meer begeleiding te bieden aan bewoners die zich inzetten voor community building, lijkt de situatie nu gestabiliseerd.

(T)huis in Amsterdam

Op donderdag 12 januari spreken we in Pakhuis de Zwijger verder over dit thema in het programma (T)huis in Amsterdam. We gaan in gesprek met Nilab Ahmadi (gemeenteraadslid Amsterdam voor BIJ1), Leo Lucassen (expert migratiegeschiedenis), Cody Hochstenbach (stadsgeograaf en auteur van ‘Uitgewoond’) en Anniek Moll (Afdeling Buitengewone Zaken). Wat zijn de feiten en ficties rondom het huisvesten van statushouders? En hoe is de statushouder zondebok geworden van een falend woonbeleid? Ook vertonen we MعLMIN, een korte documentaire van Loes Moree die ons meeneemt in de gangen van De Woondiversiteit. De Woondiversiteit is een soortgelijk initiatief als Riekerhaven en Stek Oost. In haar film MعLMIN wordt het huiselijke leven van zes jonge mannen gevolgd. Sommigen wonen al hun hele leven in Amsterdam, anderen zijn gevlucht uit het door oorlog verscheurde Syrië. Wanneer deze zes mannen in dezelfde wooneenheid gaan wonen, kruisen hun paden. Angst voor ‘de ander’ maakt geleidelijk plaats voor broederschap. MعLMIN is een intiem portret van saamhorigheid, nostalgie en verlegenheid dat etnografische sensibiliteit en filmmaken combineert. In de nabespreking hebben we aandacht voor de initiële vooroordelen die de jongens van elkaar hadden en waar die vandaan kwamen. Ook gaan we in gesprek met Basel over zijn ervaringen met proces tot huisvesting. Waar voelde hij zich voor het eerst thuis en waarom?

Meer weten? je eigen ervaring delen? Reserveer hier voor ons programma op 12 januari!