De planeet stevent af op een koortsachtige opwarming. Met elke graad erbij verandert het klimaat ingrijpend: de zeespiegel stijgt, het ijs op de Noordpool verdwijnt en hele diersoorten worden weggevaagd. Natuurlijk moeten we minder CO2 uitstoten. Maar ondanks 25 jaar klimaatakkoorden en mooie beloftes neemt de uitstoot nog altijd toe. Als we niet harder ingrijpen zijn we verloren. Of hebben we nog noodoplossingen achter de hand? Zijn er manieren om de planeet te koelen? En hoe risicovol zijn die? VPRO Tegenlicht duikt in de wereld van climate engineering: Wetenschappers en start-ups die met technologische middelen proberen de aarde af te koelen. Van het opspuiten van poolijs tot het oplaten van ballonnen zwaveldioxide. De één vindt dat we het tot de bodem uit moeten zoeken, de ander wil het verbieden, en weer een ander is op eigen houtje begonnen. Hoeveel tijd hebben we nog? En wie mag beslissen voor welke technieken we kiezen? Wat hebben we aan een tech-fix als we de natuur niet eerst grootschalig herstellen?
Sommige wetenschappers pleiten voor een verbod op ‘solar geo-engineering’, technieken om de temperatuurstijging (tijdelijk) tegen te gaan, maar dat zou zeer onverstandig zijn. Dan sluiten we opties uit die misschien nog hard nodig zijn.
Landen moeten beloven dat geo-engineering nooit onderdeel wordt van hun klimaatbeleid. Anders wordt het vooral een smoes om geen uitstoot te verminderen, vrezen Frank Biermann, Aarti Gupta en Jeroen Oomen.