Gemeenschappen zijn de basis van sterke en leefbare buurten. Corporaties kunnen een grote rol spelen bij het versterken van die gemeenschappen, maar zijn dat over de jaren enigszins verleerd. Welke rol kan de woningcorporatie anno 2024 nemen om buurtgemeenschappen te laten bloeien en groeien? Vast staat dat het faciliteren van burgerinitiatieven nodig is.

Wat doe je als de woningcorporatie sloop- en nieuwbouwplannen voor jouw huis presenteert omdat renovatie ‘te duur’ is, net als je bezig bent met een gemeenschappelijke buurttuin en het versterken van de sociale cohesie?

Het overkwam de bewoners van de Roggeveentraat in Den Haag. Die lieten dat niet gebeuren: ze benaderden corporatie Haag Wonen met een alternatief plan. Zou de Roggeveenstraat niet kunnen blijven bestaan als wooncoöperatie, waarbij de bewoners zelf het beheer doen? De corporatie had er wel oor naar, en zo ontstond Woonvereniging Roggeveenstraat. Het was een lang proces en het beheer van de woningen is hard werken, zegt initiatiefnemer Hanno van Megchelen. Maar het was het waard: de gemeenschap in de Roggeveenstraat bestaat voort.

Nog een voorbeeld van bewoners die een alternatief plan presenteerden en daar samenwerking met een corporatie voor zochten: buurthuis De Bol in De Kleine Wereld in Amsterdam Noord, een buurt met sociaaleconomische uitdagingen. Wat begon met een relatief simpel verzoek bij corporatie Lieven de Key om ruimte voor een buurthuis, groeide al snel uit tot iets veel groters: een wijkwerk-coöperatie

De coöperatie wil werkgelegenheid in De Kleine Wereld creëren door betaalde opdrachten en diensten aan te bieden in en voor de buurt. Zodat investeringen ook echt landen bij de bewoners. Initiatiefnemer Mohamed Zouini en andere bewoners stapten naar Lieven de Key en vroegen om een officiële opdracht met financiering om dit te gaan doen, en zo geschiedde. Het kostte veel moeite en er is nog veel uitzoekwerk, aldus Zouini. Maar hij merkt dat er een positieve wind waait. Voorheen kwam De Kleine wereld vooral negatief in het nieuws. De coöperatieplannen bieden een nieuw perspectief.

Burgerinitiatief goed voor gemeenschapszin

De Woonvereniging Roggeveenstraat en de wijkwerk-coöperatie in De Kleine Wereld zijn sprekende voorbeelden van bewoners die problemen zien in hun buurt, zich verenigen en uiteindelijk samen met de woningcorporatie aan het oplossen slaan. Ze agenderen problemen die overheden en officiële instanties laten liggen of waar ‘van boven’ geen effectieve aanpak voor van de grond komt. Niet zelden met betere uitkomsten dan de originele plannen van de corporatie.

Burgerinitiatieven zijn bovendien een goede manier om de gemeenschapszin in de buurt te versterken. Hoogleraar collectieve actie Tine de Moor zei hierover in gesprek met de Volkskrant: “Een burgercollectief kan een gevoel van welzijn en gemeenschapszin teruggeven en er zijn aanwijzingen dat burgercollectieven kunnen leiden tot prosociaal gedrag.” Gedrag dus met als doel om andere mensen te helpen.

Verleerd?

Het is echter verre van vanzelfsprekend dat burgerinitiatieven slagen. Door het hele land hebben inwoners gave ideeën en initiatieven om hun eigen leefomgeving fijner, mooier en leefbaarder te maken. Maar tegenover initiatieven als de Roggeveenstraat en de wijkwerk-coöperatie, staan er genoeg die niet van de grond komen. Er is vaak te weinig brede steun, stelt De Moor. Ook bij specifiek de woningbouwcorporaties is dit zichtbaar. Die kunnen met hun grote aantallen woningen en aanwezigheid door heel Nederland een verschil maken, maar zijn hier lang niet altijd op ingesteld.

De corporaties begonnen ooit als verenigingen voor en door bewoners, maar raakten over de decennia steeds verder geïnstitutionaliseerd. Later werden de corporaties financieel door de mangel gehaald door de verhuurderheffing en zij moesten zich van de overheid weer puur op hun ‘kerntaak’ van de bouw van sociale huur gaan richten. Leefbaarheid en gemeenschapsvorming werden secundair. Zo verwaterde de verbinding tussen de corporaties en de gemeenschap steeds verder, analyseert historicus Wouter Beekers in zijn boek Het Bewoonbare Land.

Stadmakers Floor Ziegler en Teun Gautier komen in hun boek Een Wereld van Gemeenschappen tot vergelijkbare conclusies. “Overheden, projectontwikkelaars en woningcorporaties zijn te groot geworden. Het contact tussen systeem en samenleving is daardoor verstoord geraakt”, aldus Ziegler in gesprek met Gebiedsontwikkeling.nu.

Dat de verbinding met de gemeenschap over de jaren uit het zicht is geraakt, daar zijn de corporaties zich wel van bewust. Sinds een aantal jaren wordt weer breder gekeken dan de kerntaak van sociale woningbouw. Sterker, het besef is er weer dat de corporaties onmisbaar zijn bij het verbeteren van de leefbaarheid in buurten en wijken. En dat gemeenschapszin daar dan weer onmisbaar voor is. Nu de verhuurderheffing is afgeschaft en de kerntaak wat losser is, is het dus hoogste tijd om serieus aan de slag te gaan met hoe woningcorporaties de buurtgemeenschap weer kan laten bloeien en groeien.

Programma

Wat kunnen woningcorporaties doen om buurtgemeenschappen laten bloeien en groeien? Deze vraag gaan we op dinsdag 26 november bij Pakhuis de Zwijger beantwoorden. Met minicolleges van hoogleraar collectieve actie Tine de Moor en stadmaker Teun Gautier, lessen van bewonersinitiatieven Hart voor de K-Buurt in Zuidoost, de wijkwerk-coöperatie in Buurthuis Bol in Noord en Woonvereniging Roggeveenstraat in Den Haag, de corporaties én met jou.

Meld je hier gratis aan voor het programma “Gemeenschapszin in de buurt”.