Waar vervuilende bedrijven aanbieden om voor een paar cent je CO2 te “compenseren” met de aanplant van bomen, wordt er tegelijkertijd nog altijd elke twee seconden een voetbalveld aan bos gekapt. Niet dweilen met de kraan open, maar planten met de zaag aan. Daarom kwam de Europese Unie recent met een nieuwe wet: vanaf 2025 moeten bedrijven kunnen aantonen dat er voor de productie van onder meer cacao, palmolie en soja geen bos is gekapt. Gaat die wet het bos beschermen?
Dit voorjaar waren inheemse leiders uit een van die gebieden, de Cerrado, in Pakhuis de Zwijger om te vertellen waarom dat gebied voor hun zo belangrijk is. Los van dat De Cerrado het thuis is van 5 procent van alle bekende planten en diersoorten, er 137 miljard ton CO2 opgeslagen ligt in de bodem, en het goed is voor bijna de helft van de zoetwatervoorziening van heel Brazilië (inclusief de Amazone), is het voor hen bovenal hun leefomgeving en hun thuis. Ongeveer de helft van de Cerrado is al verloren gegaan en elke dag wordt er 2000 hectare extra vrijgemaakt.
Landbouw is de grootste oorzaak van ontbossing en “conversie”, ernstige aantasting van ecosystemen. Bossen en andere ecosystemen worden gekapt en vernietigd om plaats te maken voor de teelt van producten zoals soja (voor veevoer), palmolie en cacao, en voor het houden van vee voor vlees- en zuivelproductie. Daarnaast verdwijnen bossen door houtkap voor pulpplantages (voor papierproductie), wegenaanleg en mijnbouw. Naar schatting zal in 2030 maar liefst 80% van de wereldwijde ontbossing plaatsvinden in slechts 11 gebieden, waaronder de Amazone, Borneo en Sumatra, het Congobekken, de Cerrado en het oosten van Australië.
Nederland speelt een belangrijke rol in het stoppen van ontbossing want wij importeren namelijk op grote schaal producten uit landen waar de productie vaak gepaard gaat met ontbossing en vernietiging van andere natuur. Zo is Nederland de grootste soja-importeur van Europa.
Om de ontbossing tegen te gaan is de Europese Unie met een nieuwe wet gekomen: de ontbossingsverordening. Bedrijven moeten vanaf volgend kalenderjaar heel precies kunnen aantonen dat er voor de producten die zij importeren of verwerken geen bos gekapt is. Kunnen ze dat niet, dan volgen serieuze sancties. Natuurorganisaties zijn blij met de wet, maar vinden het tegelijk nog niet altijd ambitieus genoeg. Critici vinden de wet juist onuitvoerbaar en met zelfs gevaar voor averechtse waterbed-effecten.
Op 3 juni organiseren we daarom een gesprek met het WNF en veel partijen in de Nederlandse soja-keten: van diervoerbedrijven tot de Rabobank, en van certificeringsorganisaties tot de haven van Amsterdam. Praat mee!
Reserveer hier je gratis plek voor Veevoer zonder boskap op maandag 3 juni.