‘Haar boek is een hoopvolle poging het tij van ontlettering en ontlezing in Nederland te keren.’ Aldus de Volkskrant over Een lui letterland, het boek van de 28-jarige Anne Steenhoff, die lesgeeft aan groep 8 – en die haar leerlingen massaal aan het lezen krijgt. Tijdens het programma op maandag 9 december staat centraal dat toegang tot gedegen literatuur voor kinderen en jongeren cruciaal is om hun geest te scherpen. Literatuur geeft alle andere media het nakijken waar verbeelding betreft, een vaardigheid essentieel voor het ontwikkelen van jezelf tot een kritische denker. Door ons huidige handelen doen wij, volwassenen, hele generaties kinderen en jongeren tekort. Wij, de volwassenen, geven ze stompzinnige, simpele boekjes, bepalen op basis van vooroordelen zoals schoolniveau, achtergrond of leeftijd welke intellectuele intensiviteit ze aan kunnen. Wij, de volwassenen, zijn kortzichtig, bevooroordeeld en vooral héél erg lui.

Tijdens deze avond doorbreken we die cyclus door te luisteren naar mensen die proberen het anders doen, niet alleen in de klas maar ook in beleid. Anne gaat onder leiding van Erik Jan Harmens in gesprek met Marjolein Moorman. Ze interviewt Milio van de Kamp en Jeroen Dera en we kunnen luisteren naar twee auteurs die in de ogen van Anne de verbeelding zo mooi aan durven te wakkeren: Martijn Simons en Simone Atangana Bekono.

Enkele woorden vooraf, geschreven door Anne Steenhoff:

Een tik op mijn schouder, een strenge blik en de woorden: ’Zeg, heb jij niks beters te doen?’ zijn achteraf het startschot geweest voor dit alles. Deze woorden kwamen van een chagrijnige stagebegeleider die vond dat ik mezelf nuttiger kon maken achter een kopieerapparaat dan met een kinderboek in mijn handen. Hoewel de vraag retorisch gesteld werd zette het me aan om na te denken over het antwoord, had ik inderdaad niks beters te doen? Het antwoord was nee. Maar om definitief tot dat antwoord te komen moest ik wel nog het proces van zes stages, een paar scholen, klassen en het schrijven van een boek door. Overal waar ik keek bespeurde ik een zekere apathie omtrent lezen, onze leerlingen waren zwak, er was geen geld voor meer ondersteuning, thuis ging het niet goed met ze, iedereen wist waarom het met onze leerlingen niet zou gaan lukken maar nooit lag het aan ons.

De documentaire Klassen bracht daar verandering in. Ik zag britse elfjarigen Animal Farm van George Orwell lezen gewoon omdat het van hen werd gevraagd en omdat ze het konden. Dat moment opende mijn ogen, hebben wij de afgelopen jaren niet gewoon te weinig voor onze leerlingen gedaan? Wij, de volwassenen, die ze stompzinnige, simpele boekjes gaven, op basis van vooroordelen zoals schoolniveau, achtergrond of leeftijd bepaalden welke intellectuele intensiteit ze aan kunnen. Oogsten wij dan nu ook niet simpelweg wat we hebben gezaaid? Pijnlijk en ongemakkelijk is het om toe te geven.

Maar ik ben hoopvol. We kunnen ingrijpen, we kunnen iets doen. Die kinderen worden echt niet ineens dommer geboren dus het kan. Laten we ze miljoenen mooie oude en nieuwe boeken geven, waarin hun verbeelding niet wordt afgestompt maar juist wordt aangewakkerd. Laten we met ze praten over alles wat ze lezen, over wat ze zien, horen en voelen bij het verhaal. Laten we ze de kans geven hun verbeelding te oefenen. Vooral dat, verbeelding moet je oefenen, veel en vaak. Want tegenovergesteld aan wat veel mensen denken is verbeelding niet het tegenovergestelde van de realiteit, het geeft de realiteit vorm.

Komende maandag gaan we in gesprek voorbij de kwestie van leesvaardigheid over de impact van literatuur. Met Marjolein Moorman kijken we naar de kansengelijkheid en de verwachtingen die we van kinderen hebben, met Jeroen Dera bespreken we hoe je juist met het lezen van fictie je verbeeldingsvermogen traint en met Milio over wat het betekent als de toegankelijkheid tot de mensen of de middelen ontbreekt.

 

Meld je hier gratis aan voor het programma Oneindig uitgedaagd op maandag 9 december.